Trilblok

Eind januari 2014 is een werknemer van een aannemingsbedrijf tijdens het aanbrengen/plaatsen van een houten damwand dodelijk getroffen door een losgeraakt trilblok. Het trilblok zat bevestigd aan een graafmachine. Het bedrijf werd er daarom van verdacht als werkgever - al dan niet opzettelijk - handelingen te hebben verricht of te hebben nagelaten in strijd met de Arbowet en/of het Arbobesluit. Dit houdt in dat het bedrijf wist of moest weten dat levensgevaar of ernstige schade aan de gezondheid van 1 of meer werknemers van het bedrijf ontstond of te verwachten was.

 

Geen strafrechtelijk verwijt

In tegenstelling tot de Officier van Justitie vond de rechtbank dit niet bewezen en sprak het bedrijf vrij. Tijdens 2 terechtzittingen zijn meerdere getuigen gehoord, waaronder de opsteller van de Risico-inventarisatie en Evaluatie (RI&E) van  het bedrijf.

Op grond van die verklaringen en de door de verdediging overgelegde Auditrapporten - waarin staat dat bij het bedrijf op allerlei aspecten controles plaatsvonden, waaronder ook de veiligheid betreft - oordeelde de rechtbank dat het bedrijf geen strafrechtelijk verwijt kan worden gemaakt.